Robot even goed als therapeut

Eenvoudige revalidatierobots kunnen patiënten met een verminderde hand- en armfunctie als gevolg van een beroerte net zo goed helpen als meer complexe apparaten. Dat blijkt uit onderzoek van Gerdienke Prange, die onlangs promoveerde aan de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica van de Universiteit Twente. Omdat robots het werk voor therapeuten efficiënter en minder zwaar maken, pleit ze daarom voor een verhoogde inzet van revalidatierobots. Een eenvoudig en relatief goedkoop robotisch apparaat volstaat al.

1/1

Een CVA (beroerte) is een van de belangrijkste oorzaken van permanente invaliditeit. In Nederland worden er jaarlijks ongeveer 41.000 mensen door getroffen. Dit leidt vaak tot een uitval van lichamelijke functies. Zo krijgt 60 procent van de patiënten te kampen met een verminderde hand- en armfunctie. Gerdienke Prange, onderzoekster bij Roessingh Research & Development (RRD) en promovendus aan de Universiteit Twente, keek hoe revalidatierobots deze patiënten kunnen helpen. Ze onderzocht de klinische toepassing van aan de UT ontwikkelde robotische apparaten die de patiënten weer leren om complexe bewegingen met hun armen te maken (voor een beschrijving van de apparaten zie: Twentse robots zorgen voor verregaande fysiotherapie).

Effectief

Uit onderzoek van Prange komt naar voren dat revalidatie met behulp van de robotische apparaten even effectief is als reguliere revalidatietherapie. Het gebruik van robots biedt echter een aantal belangrijke voordelen. Zo maken robots het mogelijk om meer patiënten tegelijkertijd te laten trainen onder begeleiding van één therapeut. Bovendien wordt het werk voor de therapeut uitdagender en fysiek minder zwaar. Bijkomend voordeel is dat de robots nauwkeurige metingen kunnen verrichten en relevante meetgegevens voor artsen, therapeuten en wetenschappers kunnen leveren. Uit verder onderzoek van Prange blijkt dat eenvoudige robotische apparaten op dit moment even effectief zijn voor het herleren van reikbewegingen na een CVA als bestaande, meer complexe systemen. Dit houdt in dat relatief simpele apparaten een zinvolle aanvulling kunnen vormen op de reguliere revalidatie.