Energiezuinige elektromotoren; evolutie boven revolutie

In Zürich vond eind 2018 de Motor Summit International plaats. De boodschap was ook dit jaar weer helder: het massaal overstappen op energiezuiniger elektromotoren is in het licht van de huidige klimaatproblematiek één van de meest effectieve manieren om een flink deel van de internationaal gestelde klimaatdoelen te realiseren. Maar de realiteit blijkt weerbarstig, net als de besluitvorming over de regelgeving in Brussel.

Een groot aantal internationale experts behandelden tijdens de Motor Summit International thema’s rond ontwikkelingen op het gebied van efficiënte motorsystemen, de stand van zaken rond internationale normen, regelgeving en MEPS en technologische ontwikkelingen op motorengebied en elektromobiliteit.

Veel verouderd

Aandrijven en Besturen legde haar oor twee dagen lang te luisteren in Zürich. Ondanks de maatregelen die het afgelopen decennium zijn genomen, zijn wereldwijd de aantallen verouderde elektromotoren, die dagelijks gretig hun portie energie opslurpen, nog steeds gigantisch. Lange tijd hebben overheden met lede ogen aangezien hoe, ondanks steeds kortere terugverdientijden, afnemers van elektromotoren, zoals machine- en apparatenbouwers, fabrikanten van compressoren en pompen en fabrikanten van huishoudelijke apparaten, het vertikten in andere motortypen te investeren dan die ze al jaren gebruikten, in plaats van in energiezuinigere modellen.

MEPS

In 2009 was Brussel het zat en ontwikkelde het de EU-regelgeving om fabrikanten te stimuleren om energiezuinige motoren toe te passen in plaats van de oude energievretende ‘meuk’. De invoering in 2009 van de verordening 640/2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32/EG zette de zaken op scherp. In de verordening werden zogenaamde MEPS gedefinieerd (minimum efficiency performance standards), in eerste instantie voor middelgrote kortsluitankermotoren, waarbij laag-efficiënte motoren in het verdomhoekje werden geplaatst en fabrikanten vriendelijk werd verzocht over te stappen op zuiniger motoren. Het was destijds nog op vrijwillige basis, maar daar is de EU in de loop der jaren wel op terug gekomen en vanaf 2011 kregen de MEPS een meer dwingend karakter. In 2014 verscheen de internationale norm IEC 60034-30-1, waarin zes efficiencyniveaus werden gedefinieerd, de zogenaamde IE-klassen van elektromotoren (stand-alone 50 Hz).

Complexe transitie

Ondanks al deze goedbedoelde inspanningen werd er in Zürich fijntjes op gewezen dat nog maar een paar jaar geleden 40 procent van alle wereldwijd gebruikte motoren nog steeds van categorie IE2 of lager was en dat dit percentage in 2018 niet veel hoger was geworden. Dat geeft aan hoe complex de transitie naar energiezuiniger modellen in de praktijk is, mede door de langer dan verwachte levensduur van de motoren en, niet te vergeten, door het gebrek aan handhaving van de regelgeving die momenteel alleen in Duitsland en Denemarken serieus wordt opgepakt. Tel daarbij op de stroperige besluitvorming op het gebied van de regelgeving in Brussel en het plaatje is compleet. Alles bij elkaar betekent dit dat het langer dan gehoopt zal gaan duren voordat de totale efficiency van motoren wereldwijd substantieel verbeterd zal zijn.
Lees het volledig artikel over de Motor Summit International deze maand in Aandrijven en Besturen.